West-Friesland... het land waar wij wonen
|
|
Van dingen die gingen
In de vorige hoofdstukken is aandacht gegeven aan de vele veranderingen
op enkele voor West-Friesland karakteristieke gebieden.
Op een gebied als dat van de folklore is minstens zoveel veranderd als
verdwenen. Toch zijn de sporen van traditionele gebruiken in een aantal
gevallen nog aantoonbaar.
Dat is bijvoorbeeld het geval bij het gebruik om iemand die vijftig jaar
wordt, waarvan gezegd wordt dat hij dan Abraham heeft gezien, een pop van
gevulde speculaas of jodekoek aan te bieden.
Zo'n pop is fraai opgespoten en versierd met snor en baard terwijl een
passend vers of zijn lijf is aangebracht in. de trant van:
'Het is niet iedereen gegeven.
De 50 jaren te beleven.
Maar niet gestaakt.
En de 100 volgemaakt.'
Gebruikelijk is om degene die Abraham te zien krijgt 's nachts om twaalf
uur, als zijn verjaardag begint, te verrassen met een felicitatiebezoek en
met hem het welzijn in het komende levensjaar te drinken. Soms wordt aan
een 60-jarige een lsaac en aan een 70-jarige een Jacob aangeboden. Beiden
worden van toepasselijke rijmen voorzien.
'Handen
van 't blok', luidde de waarschuwing die de baas van de koekhakkers-tent
liet horen als kermisklanten wilden proberen om met zo weinig mogelijk
slagen een plakje 'hakkoek' met een bijltje door midden te hakken. degene
die de strijd verloor moest de koek betalen.
Kermis leverde (en levert) ook het
Hier en daar worden tegenwoordig nog 'spouwers' gebakken. Vroeger was dat
algemeen gebruikelijk ter gelegenheid van de kermis. Van beschuitdeeg met
anijszaad werd een brosse, ronde bol ter grootte van een kadetje gemaakt.
De spouwer was een droog produkt ('t stoof in je keel, zeiden sommigen)
dat met boter en suiker werd gegeten. Het opensnijden van zo'n bol was een
secuur werkje, want viel het ding uit elkaar dan moest de onhandige gast
de ronde zoenen. Tot goed begrip: met kermis had men meestal
'warskippers'; jonge familieleden of kennissen die de leeftijd om 'op
stap' te gaan hadden bereikt, en vooral die jonge klanten moesten hun
vaardigheid tonen.
Kermis leverde (en levert) ook het 'eerste deuntje' op. Na de inluiding op zaterdagavond, het bal op zondagmiddag en -avond, volgde op maandag, of soms dinsdag, het eerste deuntje.
De
echte kat die uit de ton geknuppeld moest worden werd al gauw vervangen
door een stuk hout. De knuppelaar die de ton zodanig raakte dat de 'kat'
er uit viel was winnaar.
Vanaf 11 uur 's morgens tot een uur of 1 werd er gedanst en dan meestal
door het eigen volk. De warskippers waren dan meestal weer naar huis. Was het uur
van vertrek op maandagmorgen niet al te vroeg,
of mochten de jonge klanten nog blijven om het toneelstuk of het cabaret van die avond
te zien, dan gingen de jongens erop uit om 'de moide van bed te hale'.
Als een dergelijk verzoek door de gastvrouw toestemmend was beantwoord, probeerden
de jongens de dekens van de meisjes, die dit ogenblik in spanning hadden afgewacht,
weg te trekken. Lukte dat, dan moest het meisje trakteren, hetzij op drank,
hetzij op een zoen. De ongeschreven regel die gebood dat de jongen de deken weghaalde
en niet eronder ging liggen, werd zorgvuldig gehandhaafd. De gastvouw zou zo'n 'fiebak'
(smeerlap) nooit lang in haar huis gedogen.
Toen koningin Juliana 50 jaar werd, ging het bestuur van het
Historisch Genootschap 'Oud West- Friesland' naar Soestdijk om de
jarige een Abraham aan te bieden.
Een lakei zette de doos met inhoud wat nonchalant achter de
welbekende rodondendrons. Het waaide nogal stevig en voordat
voorzitter Brebaart en de zijnen achteruitlopend de trappen van het
bordes hadden verlaten, lag Abraham al in de struiken. 'Die is voor
de kenaine,' sprak Breebaart onverstoord. Na twee dagen had bakker
van der Laan een nieuwe pop gebakken die ditmaal, hoe kan het anders,
door de voorzitter eigenhandig op de huiskamertafel in het paleis
werd gezet. |
|
Het kolven was in heel Holland geruime tijd een ware rage.
De kolfbanen waren toen meestentijds in de openlucht In West-Friesland werden de
later gebouwde overdekte banen tevens gebruikt als dans- en
toneelzaal. De betonnen vloer werd dan tijdelijk afgedekt met planken.
|
Was het dorp een herberg met een kolfbaan rijk, dan werd daarin met kermis
een speciaal spel gedaan dat men streepies-kolve noemde. De inzet bij zo'n
spel was geld of drank, hetgeen overigens weinig verschil maakte, want het
gewonnen geld werd meestal direct omgezet in drank.
Het normale kolfspel werd en wordt in clubverband beoefend; er zijn
onderlinge en regionale wedstrijden. Vergeleken bij vroeger is het aantal
kolvers echter sterk achteruit gegaan. Men speelt het spel op een
betonnen, vlakke ondergrond die is afgezet met houten stootranden. Een
massieve rubberbal (soms ook met een sajet gevuld) wordt volgens een
bepaald schema met een 'kliek' (een zware stok vergelijkbaar net een
hockey-stick) over de baan geslagen, zodanig dat uiteindelijk via een
puntentelling een winnaar kan worden aangewezen. Het spel, dat tot voor
enekel tientallen jaren ook nog sporadisch in Zeeland werd gespeeld, is nu
vrijwel beperkt tot West-Friesland en de Zaanstreek.
De laatste maandag van de Hoornse kermis is per
traditie
'Lappendag'. Het door Dirk Nieuwpoort vele
jaren geleden geschetste beeld
is nog steeds actueel.
Lappedag
Maandes-oches vrouweoptocht,
alle woiven an de flort,
loupe, achter kindersnorre,
vrouwebiene gaan dat 't snort.
dikke woive, dunne woive,
ouwe woive, jonge woive.
Duzend vrouwen an de slag:
Lappedag!
Hoor ze haie, zien ze graaie,
't ien nog mooier as 't aar:
Koupies, koupies, nou kin 't laie,
vrouwefeestdag iens in 't jaar.
Saaie woive, kwaie woive,
taaie woive, haaie woive.
Duzend vrouwen an de slag:
Lappedag!
Zien ze klitten op een houpie.
Zien ze groipe nei der houfd,
as een aar 't kost'lijk koupie
krek voor heurie neuze rouft.
Mooie woive, dooie woive,
woize woive, groize woive.
Duzend vrouwen an de slag:
Lappedag!
Zien ze sjouwe, al die vrouwe,
winkel in en winkel uit.
Kouip! of 't zei je zo berouwe,
groip je andeel in de buit.
Kouwe manne, lauwe manne,
skreeuwende manne, peeuwende manne.
Duzend manne 'n dure dag:
Lappedag!
Dirk Nieuwpoort
|
Vorige pagina
<> Volgende pagina
Bovenstaande tekst is overgenomen uit:
"West-Friesland...
het land waar wij wonen"
Uitgave: Rabobanken West-Friesland, © oktober 1984
|